Luister naar dit Artikel

Het gebied rond Tsjernobyl is 25 jaar na de explosie van reactor vier alles behalve een spooklandschap.

Terwijl honderdduizenden mensen moesten verhuizen en gehele steden werden verplaatst hebben planten en dieren het gebied overgenomen. Waarom staat de mens zo ver van de natuur af?

In een gebied wat zich uitstrekt over zo’n 2.850 vierkante kilometer is vrijwel geen mens meer te bekennen. Een verrassende groep diersoorten gedijt er echter prima. Alhoewel de kernramp in Japan nu even ernstig is als het incident in het noorden van de Oekraïne was de directe impact van Tsjernobyl groter omdat de reactor van de centrale niet was voorzien van een veiligheidsomhulsel.

In het gebied rond Tsjernobyl en zelfs in Noorwegen en Duitsland worden nog altijd verhoogde waarden van radioactief cesium-137 gemeten.

Wit-Rusland en Oekraïne hebben het meest besmette gebied, zo’n 30 vierkante kilometer in totaal, volledig teruggegeven aan de natuur. Voorheen zeldzame diersoorten gedijen er nu en bossen herbergen er vogelsoorten die voorheen met uitsterven werden bedreigd. Het land is alles behalve dood. Het is enkel dat de mensen verwachten dat het gebied een maanlandschap is geworden, aldus bioloog Tim Mousseau. Hij is in de veronderstelling dat de gevonden vogelsoorten een sterk immuunsysteem hebben opgebouwd en dat ze carotenoïden, krachtige antioxidanten die verantwoordelijk zijn voor hun kleurrijke veren, niet opgebruiken.

In het verboden gebied worden grote aantallen vissen gevonden, elanden, herten en andere grote dieren. Een rapport van het Internationale Atoomagentschap IAEA concludeert dat kort na de ramp ook significante hoeveelheden wolven werden aangetroffen in het gebied.

Sinds 1992 onderzoeken wetenschappers uit de Verenigde Staten en Oekraïne muizen uit de meest besmette gebieden. Muizen en andere knaagdieren lijken in het gebied zeer goed te gedijen. Een studie uit 2006 in Sigma Xi door Robert Baker van de Technische Universiteit van Texas en Ron Chesser van de Universiteit van Georgia concludeert dat muizen van nature immuun lijken te zijn voor straling. Opvallend is daarnaast dat bij dieren in het gebied vrijwel geen mutaties worden aangetroffen en studies die spreken van mutaties werden later aangepast.

Ook het uiterst zeldzame Przewalskipaard gedijt prima in het verboden gebied rond Tsjernobyl. Volgens Tatjana Zharkikh van de Oekraïense dierentuin Askania-Nova Zoo passen de dieren zich prima aan en zijn er geen aanwijzingen dat de straling een negatieve invloed heeft op de dieren.

Bron: Nationalgeographic.com

Verwant artikel: Natuurlijke bescherming tegen straling